Matrix om de plaatsbegrippen in te oefenen: op, boven, onder, naast, tussen, voor en achter. Dankzij de verschillende plaatsbegrippen is er voldoende ruimte om te differentiëren tijdens de lessen.
de ruimte
Rekenen en Wiskunde
Matrix om de plaatsbegrippen in te oefenen: op, boven, onder, naast, tussen, voor en achter. Dankzij de verschillende plaatsbegrippen is er voldoende ruimte om te differentiëren tijdens de lessen.
de ruimte
Rekenen en Wiskunde